Geen privileges voor Zweedse politici
De huidige coalitie in de Vlaamse Regering mag dan wel een Zweedse coalitie genoemd worden, op vlak van politieke cultuur valt er nog veel te leren van Zweden. De Zweden vertrekken van de gelijkwaardigheid van mensen en behandelen hun politici daarom als gewone burgers.
Zo genieten Zweeds politici geen luxe en allerlei privileges. Parlementsleden en ministers hebben er bijvoorbeeld geen auto met chauffeur. Zij verplaatsen zich met het openbaar vervoer zoals de gewone Zweden. Enkel de eerste minister verplaatst zich in een auto van de veiligheidsdiensten. Politici die het riskeren om met belastinggeld een taxi te nemen, worden door de media bekritiseerd.
Ook het loon van politici blijft al bij al bescheiden. Het netto-loon van een parlementslid bedraagt ‘slechts tweemaal’ het loon van een leerkracht lager onderwijs. Zweedse ministers hebben bovendien geen privé secretaris en genieten ook geen parlementaire onschendbaarheid.
Toblerone schandaal
Een politiek schandaal dat het Zweedse streven naar soberheid en integriteit kenmerkt, vond plaats in de jaren negentig. De vice-premier, Mona Sahlin, kocht een reep chocola, luiers en enkele andere persoonlijke spullen met een kredietkaart van de overheid en betaalde er zware prijs voor: ze verloor haar baan. Het schandaal staat in de annalen van de Zweedse politiek geschreven als de Toblerone-zaak.
Bronnen: Mail & Guardian